Thema 4 Waarneming & regeling
Thema 4 Waarneming & Regeling
Dit thema heet waarneming en regeling. Je kunt dingen om je heen waarnemen: je kunt ze zien, horen, ruiken, proeven of voelen. Bij het waarnemen gebruik je zintuigen. Denk maar eens aan je ogen, oren, neus, tong of de huid.
door deze zintuigen houd je contact met de omgeving. Je kunt daardoor reageren op wat er om je heen gebeurt. Je kunt bijvoorbeeld reageren door te praten, te lachen of te bewegen. Ondertussen gaan je hartslag en ademhaling gewoon door.
Om dit goed te laten verlopen moeten er veel dingen in je lichaam worden geregeld.
In dit thema ga je leren hoe dat geregeld wordt. Welke rol het zenuwstelsel en het hormoonstelsel hierin heeft en hoe je zintuigen eigenlijk werken.
door deze zintuigen houd je contact met de omgeving. Je kunt daardoor reageren op wat er om je heen gebeurt. Je kunt bijvoorbeeld reageren door te praten, te lachen of te bewegen. Ondertussen gaan je hartslag en ademhaling gewoon door.
Om dit goed te laten verlopen moeten er veel dingen in je lichaam worden geregeld.
In dit thema ga je leren hoe dat geregeld wordt. Welke rol het zenuwstelsel en het hormoonstelsel hierin heeft en hoe je zintuigen eigenlijk werken.