Nu we weten dat er in sommige voedingsmiddelen bepaalde voedingsstoffen zitten zoals zetmeel, gaan wij met een proef bekijken in welke voedingsmiddelen eigenlijk zetmeel voorkomt. (zie werkboek blz. 44. )
Hoe gaan we dat doen?
- In tweetallen krijg je van de docent een aantal voedingsmiddelen en een potje Joodoplossing op een A4 vel. - In de tabel op blz 44. van je werkboek noteer je eerst welke voedingsmiddelen je hebt. - Hierna ga je op ieder voedingsmiddel een paar druppels Joodoplossing druppelen.
En dan ? - Je overlegt met je practicum-partner wat je ziet gebeuren en wat dit zou kunnen betekenen. - je trekt conclusies uit de resultaten en noteert deze in de tabel op blz. 45 van je werkboek.