§4.3 Het voortplantingsstelsel van de vrouw
-
Het voortplantingsstelsel van de vrouw
-
Uitwendige voortplantingsorganen
-
Ovulatie
-
Bevruchting & innesteling
-
Video
<
>
|
Van het voortplantingsstelsel van de vrouw is bij een vrouw minder te zien dan bij de man. De meeste voortplantingsorganen van een vrouw liggen in de onderbuik. |
Een meisje heeft, in tegenstelling tot jongens, bij de geboorte al haar eicellen al in haar eierstokken, maar deze zijn nog niet voldoende ontwikkeld. Ook bij een meisje spelen hormonen een belangrijke rol bij de rijping van deze geslachtscellen. In de puberteit begint de hypofyse (hormoonklier) stimulerende hormonen te produceren. Onder invloed van deze stimulerende hormonen beginnen de eicellen in de eierstokken zich verder te ontwikkelen.
|
|
Eicellen zijn de vrouwelijke geslachtscellen. Een eicel is in verhouding tot een zaadcel groot. Dit komt omdat de eicel veel reservevoedsel en celorganellen bevat. Het reservevoedsel is bestemd voor de eerste ontwikkeling van de bevruchte eicel. |
|
|
De weefsels die zich in de embryonale ontwikkeling bij jongens ontwikkelen tot de eikel, ontwikkelen bij meisjes door tot de clitoris.
Net zoals de eikel bij een man, is bij een vrouw de clitoris gevoelig voor seksuele prikkeling. stimulatie van de clitoris kan bij een vrouw leiden tot een orgasme. |
De clitoris ligt vooraan tussen de kleine schaamlippen. Net achter de clitoris mondt de urinebuis uit. In de wand van de kleine schaamlippen liggen klieren die bij seksuele opwinding slijm produceren. Hierdoor wordt de toegang van de penis bij geslachtsgemeenschap vergemakkelijkt. De wand van de vagina is zeer rekbaar zodat er bij de geboorte een kind door past. |
|
Om de kleine schaamlippen liggen de grote schaamlippen. Het is belangrijk elke dag de schaamlippen goed schoon te spoelen met water. Tussen de plooien kan slijm gaan zitten, waarin bacteriën zich snel kunnen voortplanten. daardoor kunnen ontstekingen ontstaan. De vagina is aan de binnenkant bekleed met slijmvlies. Vooraan in de vagina ligt het maagdenvlies.
|
|
Als de hypofyse in de puberteit stimulerende hormonen aanmaakt, gaan deze hormonen naar de eierstokken van een meisje. |
In de eierstokken worden de (inactieve) eicellen gestimuleerd om te groeien tot de eicellen ver genoeg ontwikkeld zijn. |
|
|
Vanaf de puberteit tot aan de overgang komt gemiddeld eenmaal in de vier weken een eicel vrij. Dit heet ovulatie of eisprong.
Meestal komt er in de eierstokken om de beurt een eicel vrij, maar het kan voorkomen dat er in dezelfde cyclus in beide eierstokken een eicel vrijkomt. Als deze beide bevrucht worden kunnen deze ontwikkelen tot een twee-eiige tweeling. |
De eileider vervoeren de vrijgekomen eicel in de richting van de baarmoeder. Een onbevruchte eicel blijft na de ovulatie maar 12 tot 24 uur leven. |
|
|
De kans dat een eicel bevrucht wordt neemt echter een aantal uur na de eisprong al snel af. Alleen als een zaadcel de eicel na de ovulatie bevrucht, kan de eicel langer in leven blijven. |
Bevruchting
|
Bij geslachtsgemeenschap kan na een orgasme van de man sperma, met daarin 100 tot 400 miljoen zaadcellen, in de vagina komen.
Dit zijn er zoveel omdat er onderweg naar de eicel veel zaadcellen worden gedood door de zure omgeving, omdat ze vast komen te zitten of omdat ze worden aangevallen door witte bloedcellen. |
De zaadcellen bewegen zich dan met behulp van hun zweepstaart voort in de richting van de baarmoeder en de eileiders. De bevruchting van een eicel door een zaadcel vindt plaats in een eileider. |
|
|
Bevruchting kan plaatsvinden als de kop van de zaadcel de eicel binnendringt. De zweepstaart blijft achter. Zodra de kop de eicel is binnengedrongen, wordt de buitenste laag van de eicel ondoordringbaar. Hierdoor is het voor andere zaadcellen niet meer mogelijk om de eicel binnen te dringen. Van de 100 tot 400 miljoen zaadcellen is er dus slechts een die de eicel daadwerkelijk kan bevruchten.
|
Innesteling
Bij de bevruchting vermelden de kernen van de zaadcel en de eicel. Zo ontstaat een unieke combinatie van DNA. |
|
|
De bevruchte eicel gaat zich meteen een aantal keer delen. Het klopje cellen wat daarbij ontstaat gaat vervolgens via de eileider naar de baarmoeder. |
De wand van de baarmoeder bestaat uit een dikke laag spieren die aan de binnenkant met slijmvlies is bekleed. Het baarmoederslijmvlies is intussen erg dik geworden en bevat veel bloedvaten. Als het klompje cellen in de baarmoeder aankomt neem hij eerst een aantal dagen voedingsstoffen op uit zijn omgeving. Daarna gaat het klompje zich (onder invloed van hormonen) vastzetten in de wand van de baarmoeder. Dit noem je innesteling. |
|
|
De vrouw is nu zwanger. Het klompje cellen groeit de komende weken uit tot een foetus. |
In ongeveer negen maanden groeit het klompje cellen uit tot een een baby. In basisstof 7 leer je hier meer over. |
|